Je kent het wel. Een koffiemolen. Heel fijne apparaatjes voor als je verse bonen hebt. Je eigen mogelijkheid tot het vermalen van koffie en het kiezen van de grofheid. Maar een goede is prijzig.
“Waar gebruikt je het voor?”
“Gewoon, voor een percolator eigenlijk. Soms voor een cafetière of een bakje filterkoffie.”
“Dan kun je het best zo’n simpele handmolen nemen. Een goede elektrische kost al gauw tweehonderd euro en de fijnheid van een handmolen is voor jouw doel prima!”
Oké, klinkt heel logisch. En eigenlijk ben ik ook wel gecharmeerd van een handmolen. Lekker draaien. Nog iets doen voor je koffie. Heel prettig soms, een soort van ritueel en daar hou ik wel van. Rituelen, dingen die je een soort houvast geven, ook voor mensen die verder nergens in geloven.
Goedgemutst neem ik de handmolen à 29,99 mee naar huis. Een dingetje van Leopold Vienna. Redelijk stijlvol en met keramisch maalgedeelte. Heel goed. Thuisgekomen haal ik het geheel uit de verpakking, zet het in elkaar. Een simpele hefboom met een plastic draaiknop erop. Plaats dit geheel op een schroefdraad die aan twee zijden is afgeflakt en je hebt een heel basic systeem om de rechtstreeks op dezelfde stang aangesloten molen aan te drijven. Hoe fijner je de koffie wil, hoe strakker de binnenkant van de molen tegen de buitenzijde aan te drukken.
En draaien maar. Draaien. Draaien. Draaien. Draaien. Andere hand, draaien. Draaien. Draaien. Nee, dit is niet heel ideaal. Het draait en draait. Je moet vooral heel hard draaien. Dat krijg je met zo’n basic systeem. Geen ingewikkelde overbrenging waardoor een kleiner en een groter tandwiel zorgen voor een sneller draaiende molen. Hm. Wel een klein minpuntje, maar ik heb het er voorover. Het is tenslotte een ritueel. Een ritueel mag tijd kosten.
Er is meer. Het simpele systeem slijt. Zo komt er constant metaalvijlsel in de koffiebonen, maar vooral in het schaaltje van de bonen. Nu is het vullen van het gedeelte onder het schaaltje voldoende voor één bakje, het schaaltje raakt redelijk snel bevuild met metaalvijlsel. Ook oplosbaar, af en toe even afnemen. Je moet zoiets toch schoonhouden.
Vrolijk draai ik nog enkele maanden door. Niet dagelijks, maar met grote regelmaat. Af en toe haal ik ergens te dure bonen en tja, die wil je dan lekker malen. Voor zo af en toe, dat ene korte kopje, die fijne espresso uit de percolator of mocca. Soms iets grover afgesteld voor een bak met meer caffeïne door een filter.
Hij begint steeds meer te rammelen. Letterlijk. Het hefboomsysteem slijt. De schroefdraadas waar de hefboom op vastgeschroefd wordt, slijt. De heftboom zelf slijt. Het rechthoekig deel dat over het schroefdraaddeel van de as schuift, lubbert steeds verder uit. Misschien draai ik te hard, maar op den duur is het lam. En dat vind ik, zeker met het oog op de frequentie van gebruik, eigenlijk niet goed. En dat is een onderdrijving.
Al met al, het oogt leuk, maar handig? Nee, net niet helemaal. Duurzaam? Nee, helaas. Zeker niet voor het bedrag. Misschien leuk om te geven aan een koffiefreak, maar dan is het aardiger een antiek exemplaar te bemachtigen. En die heeft waarschijnlijk ook een systeem met radertjes en tandwieltjes waardoor een keer draaien resulteert in meer omwentelingen van de molen.
Ik geef geen cijfers. Ook geen sterren, maar een onvoldoende is het wel.